donderdag 10 maart 2011

South Queensland to Central Queensland

`Hi mates,

Hier zijn we alweer met nieuwe verhalen vanuit Australie, het land aan de andere kant van de wereld waar we ons ondertussen al meer dan 5 maanden bevinden!

Een maandje geleden reden we dus Queensland binnen ter hoogte van de Gold Coast, met als `hoofdstad` Surfers Paradise. Klinkt allemaal zeer mooi, maar in feite is de Gold Coast gewoon megatoeristisch, volgebouwd met poepshieke appartementsgebouwen, luxehotels en shoppingcentra en kwamen de golfjes toen wij er waren nog geen 20 cm hoog. Bovendien werden we, toen we al een half uurtje in ons bedje lagen, wakker geklopt door de lokale rangers: `Strictly no camping in vehicles along the Gold Coast`. Balen! Dan maar 5 minuutjes verder gereden tot een andere parking, waar de rangers gelukkig niet langskwamen.



De Gold Coast bleek dus niet echt iets voor ons te zijn, geen free-camping, geen vriendelijke Australiers die gratis eten en bier aanbieden,... We besloten dan maar een stukje verder noordwaarts te rijden richting Brisbane, de hoofdstad van Queensland.



Onderweg bedachten we ons dat het misschien geen slecht idee was om onze camper eens te laten nakijken in een garage. De hele auto werd namelijk vrij warm na een lange rit (bleek normaal voor zo een oude kar) en de remmen zongen hogetoon-liedjes bij elke poging tot stoppen. Nadat ons bakske een paar uur onder de loep van een Kmart garagist had gelegen, kregen we ons `klein Belgie` terug mee met niewe olie, nieuwe remvloeistof, een tuning van de motor en nog wat kleine prulledingskes zoals lampjes enzovoort,... Niets bijzonders dus, en de gepeperde rekening wordt integraal overgeheven naar de volgende eigenaar ;-).



De volgende dag kuierden we wat door het centrum van Brisbane, kochten we verse groentjes en fruit op een marktje en aten we `s middags in de Botanic Gardens waar de goanna`s, die hier de laatste tijd zowat op elk moment zichtbaar zijn, vrij tot zeer geinteresseerd waren in onze middagmaal.





Goanna
Hongerige beestjes in de Botanic Gardens

Met volle maag keerden we, beiden op blote voeten (onze slippers hadden het zowat op hetzelfde moment laten afweten), terug naar onze camper die we iets buiten het centrum hadden geparkeerd om geen 20 dollar per half uur te moeten betalen...



We reden verder naar een rest area langs een rivier die de sporen van de recente overstromingen nog duidelijk toonde. Het water moet daar een enorme kracht en snelheid hebben gehad. Een zotte lokale vrouw van 78, die kwam stoefen hoe ze haar buurman de dag voordien in zijn smoel had geslagen omdat die zijn zoon haar uitschold voor het vuil van de straat, wist ons te vertellen dat het water op de plaats waar onze camper stond en hoogte van meer dan 3 meter had bereikt. Beeld je maar eens in hoe nat onze kleren enzo zouden zijn geweest en hoever ze ons uit de zee hadden kunnen komen vissen als onze reistiming anders was geweest...






The next day brachten we door aan de Sunshine Coast, waar we vooral weer surften en bodyboarden, en waar we een paar keer per dag een shoppingcentra moesten invluchten opzoek naar verkoeling. Vive l`airco!




Na de Sunshine Coast vertrokken we naar Rainbow Beach waar we onze driedaagse trip naar het bekende Frasier Island boekten. Frasier Island is het grootste zandeiland ter wereld, bekend om zijn werelderfgoedlijst-natuurpracht en vele dingo`s (wilde honden van het zuiverste ras). Onze camper moest dus voor 3 dagen op stal en werd ingeruild voor een 4x4 gevuld met eten, alcohol, 2 Canadese meisjes, een Brits meisjes, een dikke Duitser, een gewoongebouwde Duitser, onszelf en de overgetelijke Pool Christian, aka Borat.

20000 verschillende kleuren zand: Rainbow Beach



Sandblow in Rainbow Beach

Ons Frasier-avontuur begon met een vroege start van de dag met gratis pannenkoeken in de hostel van waaruit onze trip vertrok. Terwijl de regen met bakken uit de lucht viel, kregen we een veel te lange en saaie uitleg en maakten we onze 4 x 4, een Toyota Landcruiser, klaar voor vertrek. Een kleine twee uur later (ondertussen scheen de zon alweer), kroop Anthony achter het stuur en volgde de `leading car` naar de overzetboot. Na zo`n twee uur over het strand crossen, doorheen modder ploeteren en in los zand dabben, kwamen we aan aan Lake McKenzie. Eerst lunch met de bende, waar al snel bleek dat er niet overdreven veel eten zou zijn voor ons, zeker niet met een dikke Duitser die alles in het werk stelde om zijn eigen pens vol te steken :-)

Antoine in de driverseat over het strand
Lake McKenzie zelf was echt prachtig! Het helderste water en het witste zand dat je je maar kan inbeelden.
Silke en Emma uit Engeland in het zuivere water van Lake McKenzie



Dingoooo


Na een frisse pint en wat in het meer spelen, vertrok het convooi van vier jeeps richting de campground om alles op te stellen en in gereedschap te brengen voor 2 nachten op Fraser Island.


`s Avonds maakten Anthony en onze dikke Duitser, een kok by the way, een lekkere biefstuk met gebakken patatjes en een salade klaar.



Na de noodzakelijke afwas en het zorgvuldig opbergen van alle etenswaren (dingo`s eten graag restjes), werd het tijd om in de drank te vliegen en wat te zeveren met onze groepsleden. Allemaal plezante mensen maar die was Pool toch een beetje excentriek. Met 1 oog dichtgeknepen (om ons niet dubbel te moeten zien) vertelde hij, voornamelijk in gebarentaal dan want het enige engels dat hij kon was `Sexytime!` en `Afterparty!`, hoe hij in de Poolse bak had gezeten voor autodiefstal (= zijn job) en hoe hij op 20-jarige leeftijd al 4 kinderen had gekweekt met nr 5 op komst! Een verhaal dat later bevestigd werd door zijn reispartner.

Met een goeie pint en een hele klets `goone` (mengsel van allerlei wijnen = recept voor hoofdpijn) in ons, kropen we ons tentje in...

6u `s morgens: de Pool is wakker en is er op de een of andere manier in geslaagd zijn tent volledig naar de vaantjes te helpen. Na een hele scheldsessie tegen zijn eigen en tussen hem en zijn mede-kampeerders, werd iedereen stilaan en met een bomkend hoofd wakker. De marsh-flies, dikke, bijtende vliegen, waren al van de partij om ons ferm lastig te vallen.

   

Ontbijt met omelet en tasje koffie en allemaal de jeep in richting het prachtige Eli Creek (ook wel Hangover Creek genoemd), om in een beek met ijskoud en drinkbaar water te ontnuchteren.

Eli Creek: zwemmen en drinken tegelijk

Onze poolse vriend hing ondertussen alweer met zijn lippen rond de goonezak, iets waar wij zelf op dat moment nog niet aan toe waren.

Na een zalige ontnuchtering in het water, reden we verder naar het noorden om de Maheno Shipwreck te bezoeken.

Maheno shipwreck
De hele Frasier-groep voor het scheepswrak

Daarna hielden we een middagstop in een minidorpje voor de lunch en wat water in te slaan. Borat (we noemden hem zo omdat hij exact het zelfde deed, dacht en sprak (Hilarisch!)) had ondertussen zijn eerste slokken van zijn fles vodka van 57$ al binnen…

Namiddag gingen we chillen in de `Champagne pools`; rotsformaties waarin de zee binnenloopt en schuim creeert, zodat het lijkt alsop je in een zwembad gevuld met champagne zit…Vandaar de naam :-)

Champagne Pools

Na deze heerlijke verfrissing, reden we in convooi verder richting Indian Head waar we haaien en manta rays konden bewonderen. Ondertussen was Mr Schmirnoff reeds met de hamer langsgeweest bij onze pool. Resultaat; zie twee foto`s lager

Indian Head met haaien en mega mantarays in het kristalheldere water

Weinigen zagen het prachtige uitzicht, velen hadden enkel oog voor onze dale reisgenoot…

Het resultaat waarover we het hierboven hadden...



In tegenstelling tot onze andere 4x4 ritten, was het deze keer op weg naar de campingground opvallend rustig…. Borat lag uitgeteld te slapen in de passagierszetel en de rest van ons hoopte dat hij niet zou wakker worden voordat we op het kampterrein waren.

`s Avonds vlogen we weer allemaal in de goone en samen hadden we een gezellige laatste avond op Fraser Island.


De volgende ochtend pakten we allemaal onze rugzakken, braken we onze tenten af en en ruimden we onze campsite op. De dingo`s waren al in de buurt om eventuele etensrestjes vakkundig op te ruimen. Onderweg naar de overzetboot maakten we een laatste tussenstop aan Lake Wabby. Na zo`n 30 minuten wandelen, kwamen we aan een enorme zandvlakte, die wat aan een woestijn deed denken. Via een steile duinhelling kon je zo het zoetwatermeer, gevuld met katvissen en kleine visjes die je eelt aan je voeten gratis komen opeten, inrollen. Na zo`n 2 uur bobberen, relaxen en een balletje gooien met onze ierse vrienden, restte ons enkel nog de laatste 4x4-rit over het strand…


Lake Wabby en de gratis voeteetkuur van de visjes

Na de check-out (opruimen van de jeep), gingen we naar het strand om een zalige maar vooral noodzakelijke (er waren geen douches op Fraser Island) douche te nemen. Terwijl Silke nog onder de douche stond, nam Anthony snel zijn plank, om nog eventjes te kunnen gaan surfen.



`s Avonds aten we de restjes die we hadden meegenomen uit de jeep en vervoegden we onze Fraser-vrienden in de hostel voor een lekkere pint, wat live-music en een laatste goede lachsessie met Mr. Sexytime en Afterparty.

Fraser Island Tag Along Tour was (ondanks het dure prijskaartje)een onvergetelijke ervaring.

Na nog een nachtje in Rainbow Beach reden we de volgende morgen via Childers naar Bundaberg, dat buiten veel rum niet erg veel te bieden had voor ons. De nacht brachten we door onder een volle maan aan de zee in Bargara. In totaal reden we in 3 dagen zo`n 400 km, wat zwaar boven ons gemiddelde ligt. Queensland had hier dan ook niet erg veel te bieden voor ons...




In Agnes Water brachten we nog eens 4 nachten door op een campsite aan de zee, waar surfen, bodyboarden, lezen, eten en drinken alleszeggend is voor onze dagelijkse bezigheden. De reden dat we hier zo lang bleven, was dat dit de allerlaatste plek was waar we nog konden surfen aan de oostkust. De Great Barrier Reef komt er namelijk aan en dat betekent het einde van de hoge golven...

1 van de uitzichtjes in Agnes Water

Laatste keer wild bodyboarden voor Silke

We rustten onze camper hier ook uit met 2 splinternieuwe voorbanden (de andere waren kaal) en boekten via Tribal Travel een 3 dagen – 3 nachten zeilcruise inclusief een wereldwijdgeldige openwater duikcursus in de Whitsundays en de Great Barrier Reef. Lang leve de VISA- kaart!!


In de volgende 5 dagen reden we, via Gladstone en Rockhampton, weer maarliefst zo`n 670km naar het noorden. Voor we het zelf goed en wel beseften, bevonden we ons dus ineens in het centrum van het tropische Queensland; dodelijke stingers in de zee die het zwemmen onmogelijk maken, ontzettend harde en onvoorspelbare stortbuien, veel muggen, plakkerig weer en zelfs krokodillen in de rivieren...



Gevolgen van de overstromingen die Queensland geteisterd hebben, zagen we niet echt. Alleen was het zeewater op sommige plaatsen lichtbruin ipv helderblauw, door de vuiligheid die de rivieren met zich mee hadden gesleurd. Een paar weken geleden was het zeewater zelfs nog zwart, vertelden ze ons.


Na deze vele kilometers deden we het even terug wat rustiger aan. We verbleven 3 dagen in Mackay, waar een gratis zwembad er voor zorgde dat de hitte iets beter verdraagbaar werd.



Hierna bezochten we Eungulla National Park dat zo`n 80 km landinwaarts lag. Op de eerste dag reden we langs een mooi wegje naar Finch Hatton George waar 2 watervallen met elk een swimminghole op ons lagen te wachten.




Nadat we ook de volgende ochtend hier een verfrissende plons in hadden genomen, reden we naar Broken River, waar we vele schildpadjes en enkele platypussen (de enige eileggende zoogdieren) konden bewonderen in de rivier die jammer genoeg niet zo helder was.



`s Avonds sliepen we op een campsitein het Nationaal Park. Dit soort campsites worden beheerd en onderhouden door de locale overhead en kosten meestal zo`n 5$ p.p.p.n. Niet zo veel geld, maar de faciliteiten zijn dan ook maar beperkt; een picknicktafel hier en daar, een gat in de grond met een WC-pot op (gelijk de HUDO`s op scoutskamp) en met wat geluk een kraan met drinkbaar water (meestal is het gewoon regenwater). Het geld moet je bij aankomst op de campground gewoon in een envelope met je gegevens steken en deze moet je vervolgens in een collectebus deponeren. Wanneer we af en toe op dit soort `campings` staan, proberen we altijd wat vals te spelen door ofwel `s morgens heel vroeg weg te rijden (voor dat het geld wordt opgehaald), ofwel door de enveloppe zo in de collectebus te steken dat we hem er de volgende dag terug kunnen uitvissen :-) De Fraser-uitstap en de duikcursus waren dan ook wat duurder als gehoopt, dus alle besparingen zijn welkom. Na een erg regenachige (maar gratis ;-)) nacht reden we terug richting de kust.
Momenteel bevinden we ons alweer 200km noordelijker in Airlie Beach, aan de wereldbekende Whitsunday Islands. Hier zal onze duikcursus en de zeilcruise door de Whitsundays en de Great Barrier Reef plaatvinden. We kijken er heel erg naar uit!


Airlie Beach


Tot na onze duikcursus en zeiltocht! XXX Sil en Antoine